Featured

Villa Arca: rebellie in een Japans jasje

27 december 2018

Houten skeletbouw, een open keuken, een kinderliving, een functionele onderverdeling in woon- en werkruimte: Villa Arca vertaalde in 1966 de visionaire kijk op wonen en werken van de Latemse architect Jean Van den Bogaerde. In tegenstelling tot Antons (Anton Gonnissen, CEO ABS Bouwteam, nvdr) voorkeur voor uitgepuurde architectuur, weet interieurarchitect Frederic Hooft de woning met haar huidige eclectische invulling bijzonder te smaken. Het illustreert zijn pleidooi voor wat meer intuïtie en lef in hedendaagse architectuur en de inrichting van hedendaagse interieurs. O, en meer geduld. Veel geduld.

“Toen ik net afgestudeerd was, in 1984, ben ik nog bij Jean komen solliciteren naar een stageplaats”, vertelt Anton. “Mijn wereld was nog klein en mijn keuze vooral praktisch. Ik woonde vlakbij en Jean had naam als architect. Ik heb de bouw van deze woning meebeleefd. Dat was toen best bijzonder, met de aankomst van de grote prefabelementen. Maar eerlijk: deze woning heeft me nooit kunnen overtuigen.” Frederic Hooft net wel, en daar heeft hij een duidelijke reden voor. “Villa Arca is inventief. Van den Bogaerde installeerde in 1966 een living naast zijn slaapkamer, creëerde een aparte leefruimte voor zijn kinderen en in tegenstelling tot de klassieke circulatie, kan je hier niet alleen van beneden naar boven, maar ook rond het huis van rechts naar links lopen. Zo kan je met meer mensen samenleven zonder dat je elkaar constant tegen het lijf loopt. Voor mij leest deze woning als een manifest tegen onze regulerende maatschappij. Ik zie Villa Arca en ik neem opgelucht adem. In mijn werk pleit ik voor dit soort je-m’en-foutisme, waarbij je met creativiteit en lef vastgeroeste stellingen sloopt en deuren opent voor nieuwe inzichten.” Of het dan geen emotionele keuze is, vraagt Anton zich af, want de Gentse interieurarchitect spendeerde zijn jeugd wat verderop in de straat. “Het is puur gevoelsmatig,” nuanceert Frederic. “Deze woning heeft mij altijd aangetrokken.”

Verwantschap met Japan
Villa Arca werd in een recordtempo gebouwd. De bouw van de beschermde architectenwoning werd in maart 1966 vergund, in juni van datzelfde jaar aangevat en in december voltooid. In slechts zes maanden werd de oefening in compactheid en functionaliteit realiteit dankzij houtskeletbouw en een open, eenvoudige en rechthoekige plattegrond met symmetrische indeling. Door het gebruik van verplaatsbare of beweegbare panelen werd bovendien flexibel ruimtegebruik mogelijk gemaakt. Typerend voor de Latemse jarenzestigvilla is het bijzondere, arcadevormige dak. De gebogen structuur met houten schaaldaken is ook binnen duidelijk zichtbaar en lijnt het interieur af met een ritmisch decoratief accent. Dakgoten zijn er niet. Het water druppelt in betonnen, met keien gevulde silo’s naast de woning, de bamboe zachtjes wiegend ernaast.

De houtbouw, de openplaninrichting, de schuifdeuren: de verwantschap met Japanse architectuur is duidelijk niet veraf. Maar hoe uitgepuurd Villa Arca op papier ook lijkt, als Anton en Frederic voor de gevel staan, werpt het duo zich al snel op het filosofische vraagstuk rond schoonheid en esthetiek. “Ik begrijp dat deze woning in de context van zijn tijdsgeest een boeiende woning is, maar voor mij zit schoonheid in de rust die materiaalkundige eenvoud met zich meebrengt, en die vind ik hier niet”, merkt Anton op. De puzzel van crepi, hout, golfplaten en zwarte pvc (latere aanpassing, nvdr) kan Frederic wel bekoren en daar neemt hij de hoekjes en kantjes graag bij. “Omdat de woning interessant is, vind ik ze mooi. Wat is trouwens de betekenis van ‘uitgepuurd’? Als alles perfect lineair op elkaar aansluit? Is dat geen hol begrip geworden? En waarom moet dat per se? Voor de rust? Dan kan je Villa Arca sober aankleden. Dat zou werken.”

Chaotische orde
Jean Van den Bogaerde woonde samen met zijn Napolitaanse vrouw en drie dochters in Villa Arca. Veertig jaar later verhuisde het gezin naar een kleinere woning en nam een kunstenaarskoppel er zijn intrek. Zij wonen er tot op vandaag. Niet alleen de architectuur, maar ook het interieur van de woning vindt in al zijn eclectische, chaotische orde aansluiting bij de stijl van Frederic Hooft. “Een interieur moet worden gedragen door een aantal topstukken en de rest vul je aan. Niet beredeneerd en meteen, maar instinctief en met geduld. Ik kan echt gelukkig worden van een interieur dat groeit. Deze woning laat dat ook toe.”

Ook baanbrekend voor zijn tijd is de functionele opsplitsing van de Latemse privéwoning van Van den Bogaerde in een kantoor- en woongedeelte. De werkruimte overspant de volledige benedenverdieping, kreeg voor en achter een glazen gevel en springt in ten opzichte van het woongedeelte op de bovenverdieping. In het atelier van de architect valt niet alleen de kleinschaligheid van de woning op, maar ook het perfecte evenwicht tussen openheid en privacy. “De geborgenheid van deze woning overvalt me bij elk bezoek”, merkt Frederic op terwijl hij plaatsneemt in het leeshoekje van het bureau. Links van hem, op de grond, een sobere matras met kleurrijke kussens in jute. Ook in het interieur van de huidige bewoners zijn duidelijk Japanse invloeden terug te vinden. “De grote meerwaarde zit in hoe het koppel vandaag de woning bewoont. Villa Arca is beschermd. Je mag geen grote veranderingen aanbrengen, maar anno 2018 is de woning nog steeds up-to-date.” Op de uitkragende bovenverdieping kregen ouders en kinderen hun aparte ruimte, elk met een leefgedeelte en slaapkamers op de uiteinden van het gebouw. Centraal staat de trap, verlicht door ronde lichtopeningen in het dak. Verder ook aan de voorkant een open keuken met ronde lichtopeningen in het plafond en een badkamer aan de achterzijde.

Klassiek concept op de helling
Naar hedendaagse normen is Villa Arca een tweepersoonswoning die in een stevige omarming met de al even eclectische, dichtbegroeide tuin toch genoeg licht en lucht doorlaat. “Ik ben een materialist,” geeft Frederic toe. “Maar hier kom ik altijd tot het besef dat een mens eigenlijk niet zoveel nodig heeft. Een bed en badkamer volstaan. Maar neem dan wel de beste matras en de beste douche. Dat zijn duurzame keuzes die we moeten durven maken.” Genesteld in het hart van de woning en ondergedompeld in rebelse jarenzestigvibes maakt Anton zijn besluit. “Villa Arca heeft me kunnen verrassen. Ik heb mijn beeld bijgesteld en juich de zin voor experiment van deze generatie architecten toe. De vrijheid en het lef die ze hadden om klassieke concepten op de helling te zetten, heeft meer dan eens tot meesterwerken geleid.”

 

(Uit: ABSoluut 17)
Foto’s: Tim Van de Velde
Tekst: Leslie Vanhecke

Misschien vind je deze posts ook leuk