150 jaar vernieuwing door traditie
Vola vierde vorig jaar zijn 150ste verjaardag sinds de oprichting van het familiebedrijf in 1873. 2023 markeert bovendien de 55ste verjaardag van de samenwerking tussen de Deense produceert van high-end kraanwerk en badkameraccessoires en designer Arne Jacobsen. De vernieuwing in sanitair dat die tandem toen kon brengen, vestigde het merk wereldwijd. Goed een halve eeuw later staat het design van de iconische kraan nog altijd als een paal boven water. In een nochtans snel veranderde en consumptiegedreven wereld blijven traditie en duurzaamheid vandaag de drijfveren en de passie van het internationale merk. Om te zien hoe dat in zijn werk gaat, namen we een kijkje achter de schermen.
© Thibaut Debaene – Pilarshoot
Wie zich wil laten onderdompelen in het verhaal van vola, moet naar Horsens in de Deense regio Midden-Jutland. Behalve de aanwezigheid van de fabriek en haar ligging aan het water, heeft de stad geen bijzondere highlights. In Horsens doe je ogenschijnlijk waar Denen goed in zijn: hygge, ofte je wentelen in een gevoel van onwaarschijnlijke rust. Maar schijn bedriegt, zo leerden we tijdens ons korte verblijf aan de poort van groter Scandinavië. In dit van oorsprong orthodoxe land waar luieren op een terrasje een vrij recent verworven recht is en vrouwen pionierden en uitblinken in het fulltime werken, is het werken geblazen. Zo ook achter de schermen bij vola.
Visie op functionele vormgeving
Tot op vandaag is de internationale producent van kraanwerk en badkameraccessoires in handen van de familie Overgaard. Bij de oprichting in 1873 stond het familiebedrijf vooral bekend om zijn in messing gegoten afsluitkleppen voor industriële toepassingen. Later werd ook sanitair kraanwerk gemaakt voor de gezondheidszorg. Dat je dit vandaag nog kan spotten in oude ziekenhuizen moet het mooiste voorbeeld zijn van de kwaliteit en de degelijkheid die toen al het fundament van het bedrijf vormden.
In 1961 nam Verne Overgaard voor het eerst contact op met Arne Jacobsen. De Deense ontwerper had net een wedstrijd gewonnen met zijn ontwerp voor de Nationale Bank van Denemarken en Overgaard had een idee voor een nieuw type kraan waarbij de technische delen in de muur zouden worden weggewerkt. Jacobsen vond dat het idee goed samenging met zijn eigen visie op functionele vormgeving en ging in op wat later een visionair voorstel zou blijken. Het was het begin van een baanbrekende samenwerking die het bedrijf heeft gevormd tot wat het vandaag is met 250 medewerkers in Denemarken alleen, een prominente aanwezigheid in 36 landen en een collectie van ruim 36.000 items, dankzij het modulaire karakter weliswaar.
Jacobsen achterna
De samenwerking tussen vola en Jacobsen leidde in 1968 tot de introductie van de 111 kraan, de iconische kraan die haar plek in de designgeschiedenis heeft verdiend dankzij haar zuivere, geometrische ontwerp. Vandaag is het originele ontwerp in massief messing en inox in 27 verschillende afwerkingen beschikbaar. Ook de afwerkingsopties zijn uitgebreid en gaan van strak geborsteld roestvrij staal tot warm, onbehandeld messing. De eenvoud en de afwezigheid van zichtbare technieken die het ontwerp sieren, vatten het Deense DNA in zijn essentie samen.
Na het overlijden van Arne Jacobsen in 1971 bleven zijn assistent Teit Weylandt en vola’s directeur Carsten Overgaard nieuwe producten introduceren, zoals de 050 hoofddouche in 2005. Tot op vandaag leeft het nalatenschap van Jacobsen voort aan de tekentafel en in de productiehallen van vola. Zo ontwierp het vooraanstaande Deense architectenbureau LINK Arkitektur niet alleen het kantoorgebouw in Horsens met een open stalen frame en een spartaans interieur. In samenwerking met vola werkt het team ook aan het ontwerp van nieuwe collectie-items volgens de Deense traditie én bovenal de functionele stijl die Jacobsen had vooropgesteld.
Het is op zijn minst opmerkelijk te noemen hoe een designmerk al een halve eeuw zijn marktpositie kan bestendigen en verstevigen door vast te houden aan het originele idee van een cilindrische kraan. Na staalgrijs kwam op vraag van Overgaard ook fluo-oranje en daarna nog een aantal avontuurlijke kleurvariaties, maar innovatie werd doorheen de jaren vooral gezocht in technische innovaties en het toevoegen van functionaliteit. Verder kiest vola er duidelijk voor om zijn assortiment uit te breiden in plaats van te verdiepen. Onder de nieuwe aanwinsten in de collectie zitten onder meer een ingebouwde elektronische zeepdispenser en inbouwafvalbak. Deze items uit de ‘Round Serie’ van vola werden ontworpen in samenwerking met LINK Arkitektur.
België is met 10 procent van de omzet een van de belangrijke afzetlanden van vola. Hoewel de prijs wel eens wordt tegengeworpen, is het vooral de kwaliteit van de producten die overtuigt om voor vola te kiezen, zo vindt ook architecte Bieke Gaelens van The Creative Company. “Wij hebben in onze lange carrière altijd al met vola gewerkt. We houden van de kwaliteit, en vooral van het design. Eenmaal je de meerwaarde van de uitgepuurde ontwerpen hebt ontdekt, kies je voor niets anders.” Wes Degreef is medeoprichter van BC architects & studies en bekijkt vola vanuit zijn interesse in en passie voor de eigenschappen van materialen: “Ook al kan je op vandaag afgedankte stukken nog niet terugsturen en is vola dus nog niet circulair, toch zie ik het modulaire en recycleerbare karakter als een mooie opstap naar meer. “
Vijf leanprincipes
Het modulaire karakter van de ontwerpen vormt een integraal onderdeel van de vola-filosofie. Het zorgt ervoor dat alle producten naar eigen wens en op maat van elke ruimte kunnen worden geconfigureerd. Daarvoor zorgen de eenvoud en de veelzijdigheid van de aparte stukken van elk ontwerp. Door vast te houden aan de originele ontwerpen kan vola bovendien onderdelen leveren voor alles dat sinds 1968 is gemaakt. Bij vola is niets verouderd en kan alles worden gerepareerd. Ook voorziet het Deense designbedrijf al zijn kranen en douches van debietbegrenzers, zodat water op een bewuste manier wordt gebruikt.
Tijdens een rondleiding door het kantoorgebouw en de fabriek wordt het snel duidelijk hoe de bedrijfsvisie ook doorsijpelt naar andere aspecten op de werkvloer. Gedreven door de vijf van oorsprong Japanse leanprincipes leren we dat het tegengaan van verspilling bij vola niet enkel over pakweg afvalverwerking gaat, maar ook over mensen en tijd. We ontmoeten een medewerker die al vijftig jaar bij vola werkt en daarmee geen uitzondering is, maar ook een vrouwelijke lasser die werkt op de manier die de traditie al honderd jaar voorschrijft. Handwerk wordt bij vola nog op handen gedragen omdat het de enige manier is om collectiestukken in de afwerkingsfase naar perfectie te brengen. Het maakt elk stuk uniek en handgemaakt en bovenal énkel gemaakt als er vraag naar is. Met een levertermijn van twee à drie weken toch een knap staaltje vakmanschap en organisatie.
Er wordt ook gewerkt aan het welzijn van de medewerkers, bijvoorbeeld door robots in te zetten voor handelingen die een te grote negatieve impact zouden hebben op het menselijk lichaam. Maar het zit ‘m ook in kleine details zoals akoestiek op kantoor of de heerlijke gezonde lunch die elke middag wordt voorgeschoteld. We komen langs de productiehal waar met een intern ontworpen robotsysteem de efficiëntie wordt opgekrikt en tijd wordt gewonnen. Verder zien we een doordacht uitgewerkt voorraadsysteem dat aangeeft wanneer bepaald werkmateriaal is uitgeput en moet worden bijgehaald, zodat geen onnodige voorraad in circuit blijft of wordt verspild. Tot slot uit Lars Arentoft, de wens om tegen 2030 volledig CO2-neutraal te zijn. “Op dit moment wordt elk stuk met de hand in de hoofdfabriek in Horsens gemaakt. Het verste materiaal komt van Italië of Zweden. Daarnaast wordt restmateriaal gerecycleerd, elektriciteit enkel ingezet wanneer dat noodzakelijk is en wordt de productie aangedreven door windenergie. Maar daar houdt het niet bij op. We werken momenteel hard aan de voorlichting van onze leveranciers, zodat ook zij zich deze filosofie eigen maken.”
Vola is duidelijk nog niet moe gewerkt en blijft vernieuwen binnen het kader van de Deense traditie en hun originele ontwerpvisie. Het legde het internationale designbedrijf geen windeieren. In 1974 werd vola al geselecteerd voor de collectie van het MOMA in New York en sindsdien volgden vele ontwerpprijzen. Prestigieuze gebouwen zoals het Qatar National Museum van architect Jean Nouvel, het Archipelago House van Norm Architects en A45, het tiny house van Bjarke Ingels kozen voor vola, net als vele andere gerenommeerde musea en luxehotels over de hele wereld. Of hoe standvastigheid in een wereld in verandering loont.